Het duurt even voor hij bekent, de 76-jarige opa, aan wie je als ouder je kind toevertrouwd.
Opa en oma passen wel eens op, in het huis boven Groningen. De dan 8-jarige kleindochter gaat vaak en nietsvermoedend bij opa op schoot zitten. Opa drinkt wel eens. Ook wel eens iets te veel. Opa kriebelt dan wel eens aan het been van de kleindochter. En ook wel hoger. En nog hoger. Hij strijkt ook langs haar vagina en op de plek waar later haar borsten moeten gaan groeien. Ook steekt hij een wel een vinger ‘daar’.
Op een dag vraagt ze aan haar moeder waarom opa dat toch steeds doet. De shit is on.
Opa zegt op de zitting dat hij heel vaak zijn excuses heeft aangeboden. Dat het nu dan ook maar eens klaar moet zijn. Dat is het niet. Volgens de officier van justitie begon hij met zijn excuses toen de dagvaarding bij opa op de mat plofte.
Moeder doet voor haar dochter aangifte en verbreekt het contact met haar vader. Van haar zus krijgt moeder het gratis advies geen aangifte te doen maar de zaak te laten rusten, want dat is beter voor oma.
‘ Dit soort dingen moet je maar laten voor wat het is.’
Beide andere kleindochters is het ook overkomen. Dat op schoot zitten bij opa. Dat gevinger en geklier bij borsten en schaamstreek. Bij minderjarige meisjes. Zijn bloedeigen kleindochters. Zij deden geen aangifte omdat ze normaal verder wilden met hun leven. Normaal. Als dat al kan.
Met oma gaat het goed. Ze is nog steeds fijn bij opa thuis. Ze wist alles, zegt opa ter zitting. Maar dat geeft niet. Opa huilt ineens. Hij zegt graag contact te willen met zijn dochter. Zij wil hem echter niet meer zien.
Vlak voor de eis van 24 maanden cel, komt de officier van justitie met een aantal stevige one-liners. Over de schade opa aanrichtte. Over de impact op het verdere leven van zijn kleindochter. Over de seksuele gevolgen daarvan. Voor later.
Over het vertrouwen in mannen in het algemeen. “En meneer mag dan 76 jaar oud zijn, ik vind hier een celstraf alleen maar passend.”
Opa snikt. Hij mag zijn laatste woord naar de rechters richten. “Geeft u mij alstublieft geen celstraf. Alstublieft niet.”
Opa loopt de zaal weer uit. Hij is alleen gekomen. Niemand zit op de tribune. Geen familie, geen vrouw. Oma bleef thuis. Ze wist er van. Het gaat goed met oma. Zij blijft bij opa. Heel gewoon. Niets gebeurd.
Eind oktober. De uitspraak in deze zaak was anders dan de eis van de officier van justitie. De 76-jarige man uit Leek moet van de rechtbank 12 maanden de cel in waarvan 6 maanden voorwaardelijk voor misbruik van zijn kleindochter in de periode 2002 tot en met 2005 in Appingedam. Naast de celstraf krijgt de man de verplichting zich onder behandeling laten stellen bij een forensisch psychiatrische kliniek.
Foto: Siebrand Wiegman.