Hij is lang. Zwarte jas. Kort donkerblond haar. Beige broek en fijne schoenen. Een jongen die prima zou passen in een nette winkel of in de sales. Vlotte babbel, niet onaardig om te zien. Hij is 22 jaar.
Hij moet zich melden maar weet niet waar. Ik leg hem uit dat hij dat bij de portier kan doen. Iets zegt mij dat ik hem straks misschien wel zal ontmoeten in de meervoudige strafkamer.
Dat klopt. Hij heet Robin.
Maar liefst tien vette feiten liggen in dossiers op hem te wachten. Diefstal. Van oktober 2008 tot februari 2011 pleegde hij inbraken. Hij wordt er in elk geval van verdacht.
Hij wordt getipt door een man die hij ergens heeft leren kennen. Er schijnt overal geld te liggen als je de juiste plaatsen maar weet, zegt de onbekende man. In Groningen blijft het tot een poging tot inbraak en ook in Hoogezand.
In een seksclub in Wagenborgen breekt hij in. Een beeldscherm en een computer zijn de magere buit. Bellingwedde is de volgende stap. Een gemeentewerkplaats. Getipt door de anonieme man gaat hij te werk. Steelt een kluis van wel 100 kilo, vervoert hem met een steekkar die daar staat, opent die en gooit (buiten het geld) de inhoud in het water. Volgens het OM is er twee keer ingebroken. “Ik ben er maar één keer geweest”, zegt Robin.
Kapsalons in Borger en in Veendam zijn ook doelwit. De fooienpotten zijn weg. Er zijn bloedsporen gevonden. Deze wijzen naar Robin. Of hij in zijn oor geknipt is, vraagt de rechter. Hij ontkent.
In Winschoten steelt hij uitbeenmessen uit een slachthuis en verkoopt ze. Ook daar blijkt door een ingeslagen ruit bloed te zijn gevonden wat matcht met zijn DNA. Telkens als de rechter over de tipgever begint lijkt Robin ongemakkelijk. Er zijn bij het slachthuis immers drie verschillende schoenafdrukken gevonden. Hij heeft het helemaal alleen gedaan, zegt hij.
In Muntendam breekt hij in bij een bedrijf. Ook daar pakt hij de kluis. Veel goud deze keer. Dat goud ruilt hij in voor geld, de rest aan papieren gooit hij weg.
Dan hebben we nog de poging tot inbraak in een Primera in Marum en een inbraak in een Primera in Leek. Handpalmafdrukken wijzen naar die van Robin maar hij zegt dat hij overal wel eens komt dus dat hij best eens tegen een deur heeft gestaan misschien, dat maakt hem geen dief.
Bovenop dit alles ligt nog een vernieling van een auto.
Robin is uit Partyplace Rumours gezet en dat pikt hij niet. Agressief stapt hij op de auto van de eigenaar en begint er op te trappen. Getuigen zien een wilde blik. Hij maakt kauwbewegingen. Dat zou kunnen duiden op Xtc-gebruik.
Van drugs is geen sprake en van drank ook niet.
Hij heeft een vaste baan. Dat komt dan mooi uit want de schadevergoedingsmaatregel die wordt toegepast bedraagt 16.000 euro. De officier eist 12 maanden cel, vier maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar.
Van de tien feiten bekent hij er vier. Welbespraakt doet hij zijn verslag.
Zijn vader werd werkloos door hartproblemen toen hij 16 was. Werken kon hij niet meer. Hij werd te zwak. Thuis was er vrijwel geen geld. Alle eindjes moesten aan elkaar worden geknoopt.
“Er waren zo lang ik mij kan herinneren altijd zorgen over geld”. Als jong ventje ving ik gesprekken op tussen mijn ouders en maakte een plan toen ik mijn vader hoorde zeggen dat hij zijn paard -zijn enige hobby- dan maar ging verkopen. Toen knapte er iets in mij. Dát heb ik willen voorkomen. Dat ze alles kwijtraakten. Ik heb alleen gestolen voor geld, alléén maar voor geld. Om mijn ouders te helpen. Iets extra’s te geven, boodschappen te kopen”.
Het rechtvaardigt helemaal niets maar ergens vind ik het begrijpelijk en te verklaren.
Op weg naar de uitgang vraagt hij mij waar ‘er hier een toilet is’. Ik wijs hem de weg. De jongen die het zo kwaad niet bedoelde maar uiteindelijk door té jong, teveel zorgen, het kwade werd.