Zo aan het begin van het nieuwe jaar is het vrij rustig in de rechtbank. De zaken komen langzaam op gang. Nieuwe verdachten druppelen binnen en reeds gepleegde zaken worden behandeld. Dat geeft tijd om oudere zaken opnieuw te bekijken. Een verzekeringszaak bijvoorbeeld. Dat kan heel saai zijn. Deze zaak niet. Deze zaak gaat over uit te keren verzekeringsgeld bij overlijden. U doet er goed aan na het lezen van deze column uw polissen eens na te lopen. Wat is uw leven waard, of beter gezegd; uw dood.
Er is een ongeluk gebeurd op het spoor vlak in de buurt. Niemand heeft precies gezien wat er is gebeurd. Een vrouw belt direct 112. Een botsing tussen een auto en een trein levert een dode en een gewonde op. De vrouw overlijdt ter plaatste. Een man die naast het ongeluk op de grond ligt, gooit zichzelf tot bloedens toe met zijn hoofd tegen de grond en roept: “Mijn versnelling, boem! Black- out, black- out! Bel mijn zoon!” Getuigen horen de man buiten zinnen roepen: “Nu heb ik haar een duur badpak gekocht en gaat het zwemmen niet meer door.” De enige getuige die goed heeft kunnen zien wat er is gebeurd is de machinist. Hij komt met een snelheid van 130 kilometer per uur op de overweg aanrijden en ziet dat een witte auto langzaam om de dalende spoorbomen heen rijdt en tot stilstand komt. Midden op het spoor. Hij toetert en stelt de snelrem in werking. Hij weet nu dat een botsing onvermijdelijk is. Hij ziet dan een man op een onnatuurlijke manier op het nippertje de auto verlaten. In een flits ziet hij nog dat er een vrouw in de auto zit, die haar hand tegen het raam houdt alsof ze een botsing wil tegenhouden. Dat beeld zal voor de rest van zijn leven op zijn netvlies blijven staan. Volgens hem is opzet in het spel.
De man, die net op tijd ontsnapte, is de 59-jarige B. Hij legt op het bureau een verklaring af. Hij zou een black- out hebben gehad. Hij gebruikt al een paar nachten een slaapmiddel. Wellicht heeft dat hem versuft.
De middag van het ongeluk zijn B. en zijn vrouw op weg naar een zieke vriendin. Ze gaan nog langs een bouwmarkt en eten een broodje. Het is al vier uur in de middag. Ze rijden parallel aan het spoor. Op die plek krijgt B. ineens last van duizelingen, verklaart hij. Hij zet de auto aan de kant maar rijdt even later verder. Hij kan zich niets herinneren. Een black- out, zo stelt hij. Hij hoort wel de alarmbellen van de spoorwegovergang. Probeert de auto nog in zijn achteruit te zetten en zijn vrouw nog naar buiten te duwen maar dat lukt niet. Hij rent op het allerlaatste moment in paniek weg. Net op tijd. Hij suggereert dat het slaapmiddel achter de black-out zit. Zijn eerste overigens. Een noodlottig ongeval dus waarbij B. midden op de spoorwegovergang een black-out krijgt precies op het moment dat de intercity met 130 kilometer per uur komt aan denderen. Bij de recherche doemt al snel een ander scenario op, dat van een uiterst geraffineerde moord. Bij een black-out kun je je namelijk niets herinneren, ook niet dat je een black-out hebt gehad. Dat is daarvan het kenmerk. Nader sporenonderzoek brengt direct verdachte feiten aan het licht. Het contactsleuteltje blijkt te zijn uitgedraaid en de handrem is aangetrokken. Twee bewuste handelingen. De recherche vermoedt dat B. de handrem heeft aangetrokken en het sleuteltje heeft uitgedraaid om te voorkomen dat zijn vrouw alsnog de auto in zijn achteruit zou kunnen krijgen. Zijn vrouw kon onmogelijk ontsnappen aan de aanstormende trein. De luide, toen al 14 seconden rinkelende alarmbellen zouden hem absoluut uit zijn black-out hebben gewekt, verklaart een psycholoog.
Zijn vrouw zat in de veiligheidsriem. Familie verklaart dat zij , daar ze zwaarlijvig was, juist nooit de veiligheidsriem droeg. B. zou haar kunnen hebben overgehaald toch haar riem om te doen. Verzekerd van het feit dat zij dan nooit uit de auto zou kunnen ontsnappen. Niet de manoeuvre voor iemand met een black-out. Een doordachte, uitgekookte moord, denkt de politie. Op een zorgvuldig uitgekozen, stille plek waar B. de omgeving erg goed kent. B. is nu officieel verdachte.
Een omvangrijk onderzoek vindt plaats. Verdenkingen stapelen zich op tegen B. De laboratoriummedewerker die ooit op de grote vaart heeft gezeten, krijgt na zijn huwelijk in 1968 twee kinderen met de vrouw die op het spoor het leven liet. De artistieke vrouw wordt in de jaren zeventig depressief en hoort stemmen in haar hoofd. Schizofrenie wordt na onderzoek vastgesteld. Ze wordt meerdere malen opgenomen in een psychiatrische inrichting. Kennissen en familie verklaren dat ze door medicijngebruik in combinatie met alcohol verandert. Ze wordt dikker. B. is steeds vaker weg, gaat alleen op vakantie. Hij zou verhoudingen hebben. Het stel slaapt gescheiden. Het huwelijk gaat bergafwaarts.
B. verklaart geen financiële problemen te hebben. De kinderen verklaren het tegenovergestelde. Een hypotheekschuld van 460.000 euro tegenover een uitkering van 1.500 euro per maand is een behoorlijke last. Dat had te maken met een huis dat B. niet verkocht kreeg. Uiteindelijk deed hij het huis ver onder de prijs van de hand. Vlak voor het ongeluk.
B. en zijn vrouw hadden een ongevallenverzekering afgesloten. Door de dood van zijn vrouw zouden B.’s financiële zorgen met minstens 170.000 euro worden verminderd. Was dat het motief? Na de eis van 15 jaar voor moord oordeelt de rechtbank dat B. moet worden vrijgesproken van moord en van doodslag. Wel wordt hem dood door schuld verweten en daarvoor moet B. 102 dagen zitten. Precies de periode dat hij in voorarrest zit. De officier van justitie gaat onmiddellijk in hoger beroep en gelast nieuw onderzoek. De advocaat-generaal schakelt een hoogleraar in. Een forensisch psycholoog. Ook het hof oordeelt dat de verdachte moet worden vrijgesproken van moord en van primair doodslag. De zeer van pas komende 170.000 euro wordt niet uitgekeerd. De zaak is immers geëindigd in een strafoplegging, al is dat maar 102 dagen. Het ‘geveinsde ongeluk’ heeft verregaande gevolgen. B. ziet zijn kinderen niet meer. Zij willen dat niet meer. En uit angst voor represailles van haar vader wil zijn dochter niets over de zaak kwijt.
Heeft het hof genoeg waarde toegekend aan de onderzoeken betreffende het geheugenverlies? De onderzoeken door psycho-neurologen. Het EEG-onderzoek? De SIM-test etc. Oordeel zelf. B. Rijdt inmiddels met zijn nieuwe vrouw gewoon auto.
Rest mij nog een incident aan te stippen waarbij B. ook ooit betrokken was. B. is als jonge jongen op de grote vaart terechtgekomen in Finland en heeft ook daar een geschiedenis. Bij een ruzie met de kapitein, nota bene om een bonus, grijpt B, dan 18 jaar, een mes. Hij zwaait en steekt. De kapitein overlijdt in Helsinki. B. komt voor de kinderrechter en wordt wegens zijn jeugdige leeftijd veroordeeld tot zes jaar gevangenisstraf.
Dan weet u dat even.
Foto: Foter.com, rechtenvrije foto ’s
Pingback: Verzekerd leven | Jasper Zelve